Alweer twee jaar geleden heb ik wat foto’s kunnen maken vanĀ een steenuilenpaar dat in een nabijgelegen dorpje een nest gemaakt had in een ānagemaaktā hunebed. Er was een jaar geleden op dat terrein nogal wat stormschade en er is er toen ook gelijk het e.e.a. rigoureus gesnoeid. Ik was er derhalve maar van uitgegaan dat de uiltjes dat niet zouden waarderen en dus waren vertrokken, maar niets bleek minder waar. š
De grote bonte specht is meest algemene specht van Nederland, maar daardoor zeker niet minder interessant… vooral als je deze mooie vogel in je eigen tuin hebt. Beide oudervogels en ook een jong exemplaar waren de afgelopen tijd bijna dagelijks te horen en te zien en dat was natuurlijk een prima gelegenheid om ze te fotograferen.
Het is inmiddels alweer zomer en overal zijn vogels druk bezig met het verzorgen van hun jongen. Koolmezen, roodborstjes, merels, heggenmussen: ze Āscharrelen graag in tuinen op zoek naar eten. Natuurlijk genieten wij van vogels dicht bij huis. Een vogelvriendelijke tuin helpt daar natuurlijk bij. Zoān tuin biedt de vogels van Āalles wat: gras, bloeiende planten, struiken, Ābomen, water om te drinken en te badderenā¦
Dank jeĀ de koekoek; een gezegde dat betekendĀ ”Ā mij niet gezien” Eigenlijk min of meer letterlijk van toepassing op deĀ prachtige gestreepte vogel met dezelfde naam. Want hoewel iedere Nederlander de roep van de koekoek direct zal herkennen, weten maar weinig mensen hoe hij er in werkelijkheid uitziet. Dat is jammer, want de koekoek (Cuculus canorus) is een van meest fascinerende vogels van Nederland.
Water is onmisbaar voor de vogels. Vogels badderen niet alleen om af te koelen, maar ook om hun veren in een goede conditie te houden. Om de veren isolerend en droog te houden poetsen vogels zichzelf regelmatig.
De Gele kwik (Motacilla flava) is niet moeilijk te herkennen; een groenig bruine rug en heldergele buik, die bij het vrouwtje iets lichter is en een spitse snavel van een insecteneter en natuurlijk een ‘kwikkende’ staart.
Er zijn in ons land een aantal algemeen voorkomende vogels die toch bij veel mensen onbekend zijn. In onze tuin broeden bijvoorbeeld de HeggenmusĀ (Prunella modularis) en de Zwartkop (Sylvia atricapilla), maar deze vogels laten zich niet altijd gemakkelijk zien en leiden een min of meer verborgen bestaan in en onder struiken.
Nu is Drenthe natuurlijk met “bos en heide“ een prachtig stukje Nederland, maar niet een provincie met veel water en dus rietvelden, maar op kleine schaal zijn ze er wel. De bedoeling was namelijk in eerste instantie om te kijken of we een blauwborst konden vinden.
Geelgorzen (Emberiza citrinella) broeden tegenwoordig vrijwel uitsluitend op de hoge zandgronden. Ze bewonen hier heide met opslag, bosranden en jonge aanplant, naast kleinschalig boerenland met veel akkers. De verspreiding kromp sinds ongeveer 1975 in oostelijke richting in.